TOCH GENOTEN

 IK KREEG WEER EEN KAART MET LEKKERS, DANK JE WEL HOOR ELLEN, EN DE REEPJES ZIJN HEERLIJK. VROUWTJE IS NU SCHEUTIG, WANT IK MAG BEST EEN BEETJE EXTRA VERWEND WORDEN, VINDT ZE. IK KRIJG OOK MEER BROKJES, DAT IS ALTIJD LEKKER. VANMORGEN ZIJN WE NAAR DE LINGEWEG GEWEEST, IK HAD HET ER HELEMAAL NAAR MIJN ZIN. BIJ DE PAARDJES EVEN UITRUSTEN, DIE WILLEN ALTIJD EEN AAI OOK VAN VROUWTJE EN IK WACHT DAN WEL EVEN. VROUWTJE WIL ME ER NIET TE DICHT BIJ, WANT GESTEL DAT ZE WAT DOEN. DAT GAAT VROUWTJE NIET WAGEN. WE GINGEN WEER VERDER OM DE DOPJES WEG TE BRENGEN EN IK WILDE WEER ALS VANAOUDS DE LANGE WANDELING GAAN DOEN, MAAR VROUWTJE VOND HET BETER DAT WE TERUG GINGEN. IK WAS HET ER NIET MEE EENS, MAAR JA, ZE KREEG TOCH GELIJK, WANT INEENS IS DAN MIJN ENERGIE OP EN BLIJF IK STAAN. OMDAT IK TE ZWAAR BEN, MOEST IK TÓCH MAAR LOPEN NAAR HUIS EN DAT IS EEN EIND DAN. MAAR GOED, IK HEB ER VAN

GENOTEN, EVENALS VANMIDDAG AAN DE LINGE. DAAR ZITTEN WE DAN IN DE SCHADUW EN ALLEEN MET VROUWTJE WILDE IK LOPEN. LIEVER LAG IK LEKKER OP M'N GEMAK EN WILDE OOK GRAS ETEN, MAAR DAT VOND VROUWTJE NIET FIJN. SOMMIGEN MENSEN WILDEN WETEN HOE HET MET ME GAAT EN VROUWTJE VERTELDE WAT DE DOKTER HAD GEZEGD. VOOR VROUWTJE IS ALLES NOG ONWERKELIJK, MAAR ZE HEEFT WEL EEN STEEN OP HAAR MAAG LIGGEN. ALLEMAAL VINDEN ZE HET OOK ERG, EN IK GENIET GEWOON VAN WAT ER NOG TE GENIETEN VALT. IK BEN MOE EN SLAAP VEEL. VROUWTJE KAN ME NIET DRAGEN, DUS WE GAAN NIET VER. IK VOEL ME OOK WEL NAAR HOOR, DAT ZIET VROUWTJE WEL AAN M'N OOGJES. IK KRIJG EEN GRIJZE SNOET EN OP MIJN BUIKJE KOMEN OOK GRIJZE HAREN. STAAT WEL HEEL LIEF, ZEGT VROUWTJE.